Wij vernemen dat drie arresten van het Grondwettelijk Hof, die betrekking hebben op het politiestatuut, zopas geveld zijn. Terwijl twee ervan het verwerpen van het betrokken beroep aankaarten (zie verder),voorziet het arrest 140/2011 een wijziging in het overgangsstatuut binnen de federale gerechterlijke pijler, door de nietigverklaring van het artikel 9 van de wet van 25/01/2010.
Het gaat hier over de benoemings- en integratievoorwaarden van de HINP-personeelsleden die CP- aangesteld zijn binnen de federale gerechterlijke pijler EN die in het bezit zijn van het brevet, die toegang geeft aan de ex-Bewakings- en opsporingsbrigades (BOB). De kritiek gaat over de horizontale integratie waarvan de betrokken personeelsleden genieten en die niet geldig is voor de verzoekers.
Kleine geschiedenis van de verschillende stappen genomen in dit heel gevoelig en delicaat dossier:
• 2/06/2006 – zogegeten « Vesaliuswet Bis » of « oranje loper » over de benoemingsvoorwaarden van enkel de leden van de ex-BOB. Deze wet werd niet onderhandeld ;
• 26/06/2008 – Vonnis van de Rechtbank van Eerste Aanleg die de artikelen 2 en 3 nietig verklaart (artikel 2 = benoemingsmechanisme voor de ex-INP, HINP aangestelden van de BOB-eeheden; artikel 3 = benoemings- en integratiemechanisme voor de ex-HINP van de BOB eenheden CP aangestelden) van de wet van 2/06/2006. Op te merken valt dat Artikel 4 over de integratievoorwaarden van de INP- HINP aangestelden geldig blijft;
• 10/12/2008 – Onderhandelingscomité Politie (OCP) 242, een akkoord werd ondertekend betreffende een wetsontwerp genoemd « Reparatiewet Vesalius Bis » die twee essentiële elementen bevat: eerste element is gewijd aan de benoeming/integratie van de ex-leden van de BOB-eenheden (herhaling in extenso van de inhoud van de Vesaliuswet Bis) en een tweede element is gewijd aan de benoeming /integratie van de overige personeelsleden;
• 25/01/2010 – « Reparatiewet Vesalius Bis » zoals onderhandeld;
• 27/07/2011 – Becommentarieerd Arrest.
Van wat wij er over weten, is de overheid niet echt op hun gemak (op alle niveaus), enerzijds omwille van de inhoud van dit Arrest, en anderzijds omwille van het bijzonder gevoelig moment waarop deze problematiek zich voordoet (regering in lopende zaken): een wet moet deze materie regelen.
Wat dan ook, de overheid zal dringend initiatieven moeten nemen. Welke ? Zeer moeilijk te zeggen op dit moment …
Het VSOA Politie heeft contact opgenomen met de vertegenwoordigers van de bevoegde minister met als bedoeling zo snel mogelijk een beslissing te nemen, want als we niet voorzichtig zijn zou het kunnen leiden een nieuwe/onnodige explosieve toestand binnen DGJ van de Federale Politie.
Na overleg en analyse van dit Arrest, is ons standpunt eenvoudig :
1. Het artikel dat werd bekritiseerd en vernietigd, dewelke nochtans op een nauwkeurige en logica berustte door allen erkend (de accumulatie van een reeks benoemingsvoorwaarden), voorzag in de benoeming van de aangestelde CP’s van de ex-BOB door een « bijzondere» sociale promotie, en bracht bijzondere integratievoorwaarden met zich mee (een horizontale integratie zonder anciënniteitverlies, terwijl andere aangestelden en/of « sociale promotie » geïntegreerd worden door de 3 stappen methode, met anciënniteitverlies) ;
2. Het Arrest beschikt dat dit artikel geannuleerd is : «In zoverre een verschil in behandeling wordt aangeklaagd tussen de aangestelde voormalige leden van de gerechtelijke politie of van de gemeentepolitie die tot commissaris worden benoemd met verlies van het voordeel van de geldelijke anciënniteit en de aangestelde voormalige leden van de BOB die worden benoemd met het voordeel van een horizontale inschaling, is het eerste middel gegrond. »
3. De overgang voor ex-leden van de BOB, CP aangesteld van een horizontale integratiemechanisme naar een de methode van inschaling in 3 stappen zou een variabele geometrie weergeven tussen leden van een identieke onderverdeling (ex-leden van de BOB, CP aangesteld) met de gevolgen die daarmee gepaard zijn voor toekomstige beroepen ;
Wij zijn van mening dat een aanvaardbare oplossing ligt in de uitbreiding van een horizontaal integratiemechanisme naar de betrokkenen, erkend door het Grondwettelijk Hof in deze eis.
Tenslotte…, zelfs al is het volkomen legitiem om tevreden te zijn met een tegemoetkoming van zijn eigen argumenten (enkel gedeeltelijk), moet men rekening houden met het feit dat bijna twaalf jaar na de hervorming de aanwezige gevoeligheden binnen de DGJ nog altijd heel sterk aanwezig zijn. Daarom nodigen wij de afgevaardigden en de leden van Sypol uit om de nodige respectvolle houding te hebben, voor zover het nodig zou zijn, wetende dat de onhandigheid en nutteloosheid van een onrespectvol houding weinig oplevert : het gaat hier niet om een overwinning jegens iemand anders maar om een beslissing die een bepaalde eis tegemoetkomt , niet meer, niet minder. Want morgen … dienen de collega’s ex-GPP en ex-BOB lid nog altijd in hetzelfde bureau te zitten en samen te werken…
Om af te sluiten, de twee andere Arresten verwerpen het volgende beroep:
• De wet van 25/01/2010 (Reparatiewet Vesalius Bis) –Beroepen ingediend door operationele misdrijfanalisten aangesteld INPP die meenden dat ze benadeeld waren in de integratiemodaliteiten van toepassing voor de ex-BOB leden;
• De wet van 3/03/2010 – Beroepen ingediend door voormalige lagere officieren van de rijkswacht of door commissarissen van classe 15 of 16 van de gemeentepolitie die meenden dat ze benadeelde waren door het feit dat ze niet werden bevorderd tot de graad van Hoofdcommissaris, dit in tegenstelling met commissarissen-korpschef van classe 17 of officieren lid van een korps van classe 20 van de gemeentepolitie.
Wij houden jullie over het verdere verloop op de hoogte.